Skip to main content

Dag: 9 december 2016

Internet of things

Intro
Het Internet of Things (Internet der dingen of IoT) is een buzzword dat steeds meer toepassingen in de echte wereld krijgt. Wat is nu eigenlijk Internet of Things? Wat is in het kort de techniek hierachter en wat zijn de gevolgen voor de samenleving en gebruikers? En wat is er specifiek anders en interessant in het testen van het Internet of Things?

Wat is het?
Het Internet of Things staat voor de visie waarbij het internet zich uitstrekt naar de echte wereld en doorloopt in alledaagse voorwerpen. Fysieke voorwerpen zijn niet langer afgesloten van de virtuele wereld, maar kunnen op afstand worden bestuurd en zijn dan fysieke aanknoping- of verbindingspunten voor het internet.

Het idee is niet nieuw, maar wordt al sinds de jaren tachtig besproken door technologiefanaten en hobbyisten. Het is vooral de laatste paar jaren dat er ook echt producten op de markt komen die aangesloten zijn op het internet en zo data verzamelen, combineren en tonen.

Wat zijn de gevolgen?
Het Internet of Things zal een invloed hebben op onder andere de maatschappij, het dagelijkse leven van mensen, de natuur en het klimaat en de privacy van mensen.

In het dagelijks leven komen er meer mogelijkheden om gegevens te meten en vast te leggen en meer mogelijkheden om deze data te combineren en weer te geven. Mensen kunnen zich hierdoor meer en gerichter verbeteren, maar verdere individualisering zal zich ook voortzetten.

Het effect op natuur en klimaat zal zijn dat veranderingen beter vastgesteld kunnen worden. Door accuratere metingen en het continu verzenden van gegevens wordt meer bekend over bijvoorbeeld temperatuur en veranderingen in bosoppervlak of grootte van gletsjers. Mensen zullen door meer metingen ook bewuster worden van energieverbruik, hetgeen er voor zorgt dat er minder energie verbruikt zal worden. Een nadeel is dat er meer apparaten geproduceerd worden die op het internet aangesloten zijn en dat deze meer energie verbruiken.

In de maatschappij zullen de grenzen tussen de fysieke en de virtuele wereld verder vervagen. Met augmented reality worden virtuele gegevens over de fysieke wereld geprojecteerd. Door de meetinstrumenten die verbonden zijn, zullen informatiesystemen kunnen reageren op de fysieke wereld. Een voorbeeld hiervan is de slimme thermostaat (zoals de Nest of Toon). Een nadeel van het Internet of Things is dat het gebruik van apparaten complexer kan worden, waardoor er een grotere tweedeling ontstaat tussen mensen die hier in meegaan en mensen die hier niet in mee (willen of kunnen) gaan.

Op het gebied van privacy is het belangrijk te beseffen dat er grote hoeveelheden data over mensen en hun omgeving verzameld wordt. Hoewel deze versleuteld kunnen worden opgeslagen, ligt het gevaar van datalekken altijd op de loer. Als meer apparaten op het internet aangesloten zijn betekent dit ook dat hackers en kwaadwillenden meer mogelijkheden hebben.

Een bijzondere groep mensen die beïnvloed worden door de vooruitgang van het Internet of Things zijn hulpbehoevenden zoals ouderen of chronisch zieken. Sensoren op en in het lichaam kunnen metingen direct doorsturen naar een verpleger of algoritmen doorsturen zodat maatregelen kunnen worden genomen als dat nodig is. Veranderingen in communicatiemiddelen zorgen ervoor dat mensen die slecht ter been zijn toch contact kunnen hebben met zorgverstrekkers, vrienden en familie.

Voor het testen van het Internet of Things geldt vooral dat er geen daadwerkelijke nieuwe techniek achter zit. De uitdaging zit in (met name) de grootte van het netwerk, oftewel de aangesloten apparaten en de hoeveelheid data die ermee gemoeid is. Door ander gebruik en andere verwachtingen van gebruikers zijn er specifieke testtypen van belang.

Het testen van het Internet of things
Met name de non-functionals zoals beschreven in het kwaliteit op maat model zijn van belang. Grote hoeveelheden data wordt verzameld en belangrijke beslissingen worden op basis van deze data genomen. Hierdoor spelen de juistheid en controleerbaarheid van deze data een grote rol. Het hele systeem van sensoren, verzamelpunten en databases is bovendien met veel verschillende protocollen en technieken met elkaar verbonden. De kans dat een deel van dit netwerk niet goed functioneert, is groot.
Bij het testen moeten de gevolgen hiervan duidelijk worden. Bij zo’n grote hoeveelheid van apparaten, verbindingen en bijbehorende software kan er niet echt meer sprake zijn van een systeem- of ketentest, maar eerder van een netwerktest. Omdat er veel factoren van invloed zijn, zoals netwerksnelheid, verwerkingssnelheid en prestatie van allerlei apparaten moet er veel in veldtesten onderzocht worden.

De beveiligbaarheid (security) is een andere non-functional die speciale aandacht vereist. Er wordt veel persoonlijke informatie verzameld door sensoren in het Internet of Things. Potentiële gebruikers moeten overtuigd zijn van de veiligheid hiervan voordat ze hier gebruik van zullen maken. Aan de andere kant zijn er met zoveel verschillende apparaten ook meer mogelijkheden om toegang te krijgen tot het netwerk en de gegevens in de database. Het is een grote uitdaging om bijvoorbeeld alle onderdelen van een netwerk up-to-date te houden.

De bruikbaarheid (usability) speelt een rol omdat gebruikers op nieuwe manieren met veel data moeten omgaan, terwijl de gebruikte interfaces bijvoorbeeld op een horloge of thermostaat bruikbaar moeten zijn. Het risico is dat de bruikbare informatie niet op een handige manier ontsloten wordt waardoor gebruikers geen meerwaarde in het Internet of Things zien.

ISO 25010 – Bruikbaarheid

Bruikbaarheid – ISO 25010


De mate waarin een product of systeem gebruikt kan worden door gespecificeerde gebruikers om effectief, efficiënt en naar tevredenheid gespecificeerde doelen te bereiken in een gespecificeerde gebruikscontext.


Bruikbaarheid van een applicatie is wat mij betreft het meest ongrijpbare en dus het moeilijkste te specificeren van alle categorieën. Een ieder die een applicatie gebruikt, ervaart het gebruik nu eenmaal anders. Ben je onervaren, heb je meer behoefte aan ondersteuning, bel je zeer ervaren wil je het liefst zo min mogelijk ondersteuning. Ik heb niet veel HTML-kennis, maar als ik de pagina’s op de website aanpas vind ik het erg handig dat ik dit direct in de HTML kan doen. Als je weet welke statements er nodig zijn, gaat dat gewoon veel sneller dan via de user interface.


Door de steeds verdere integratie van ICT in onze werkzaamheden en privé, worden we steeds meer ervaren in toepassen van de ICT. Digibeten zijn er nog maar nauwelijks, zeker na de introductie van de IPad. Dit heeft natuurlijk als voordeel dat applicaties complexer mogen zijn dan vroeger. Als er nu wordt gezegd met de muis naar de rechter bovenkant van het scherm, houdt niemand meer de muis zelf tegen het scherm aan, maar weet dat je de cursor daarheen moet bewegen met de muis. Toch worden er door de vele apps ook nieuwe impliciete eisen aan een applicatie gesteld. De eis dat het de look and feel van een apple-app moet hebben, heb ik al geregeld gezien. Wat is de look and feel van een Apple-app? Tja, eenzelfde vraag als voorheen roepen dat de applicatie gebruikersvriendelijk moet zijn. Bruikbaarheid is vooral van belang bij online informatiesystemen waar de gebruiker zelf van achter (of is het voor) een beeldscherm systeemhandelingen moet verrichten. Hoe meer deze aansluiten bij de beleving en de dagelijkse praktijk van de gebruiker, hoe bruikbaarder zij het geautomatiseerde informatiesysteem vinden. Borgen dat het informatiesysteem optimaal gebruikt kan worden, draagt bij aan het terugverdienen van de investering voor het verkrijgen van het informatiesysteem.


De nieuwe generatie gebruikers stellen hele andere eisen aan de bruikbaarheid van een applicatie. Een app moet snel duidelijk maken dat deze uitstekend geschiktheid is voor datgene te doen dat de gebruiker verwacht. Hoe snel is een app tegenwoordig niet weer verwijderd en een andere geïnstalleerd? Geen lange selectietrajecten, klikken, installeren, proberen en dan verwijderen of blijven gebruiken. Alles binnen de minuut. Hoewel bruikbaarheid lastig is te specificeren, draagt het wel heel veel bij aan de gebruiksbeleving. Een belangrijke categorie voor de motivatie van de gebruikers derhalve. Er zijn functioneel correcte applicaties vroegtijdig vervangen omdat er niet mee gewerkt kon worden. (of de gebruiker dit niet wilde).


Definities attributen


Herkenbaarheid van geschiktheid (Appropriateness recognisability)

  • De mate waarin gebruikers kunnen herkennen of een product of systeem geschikt is voor hun behoeften.

Leerbaarheid (Learnability)

  • De mate waarin een product of systeem gebruikt kan worden door gespecificeerde gebruikers om gespecificeerde leerdoelen te bereiken met betrekking tot het gebruik van het product of systeem met effectiviteit, efficiëntie, vrijheid van risico en voldoening, in een gespecificeerde gebruikscontext.

Bedienbaarheid (Operability)

  • De mate waarin een product of systeem attributen heeft die het makkelijk maken om het te bedienen en beheersen.

Voorkomen gebruikersfouten (User error protection)

  • De mate waarin het systeem gebruikers beschermt tegen het maken van fouten.

Volmaaktheid gebruikersinteractie (User interface aesthetics)

  • De mate waarin een gebruikersinterface het de gebruiker mogelijk maakt om een plezierige en voldoening gevende interactie te hebben.

Toegankelijkheid (Accessibility)

  • De mate waarin een product of systeem gebruikt kan worden door mensen met de meest uiteenlopende eigenschappen en mogelijkheden om een gespecificeerd doel te bereiken in een gespecificeerde gebruikscontext