Skip to main content

ISO 25010 – Functionaliteit en Hoedanigheid

Functionaliteit en Hoedanigheid – ISO 25010


In mijn vorige blog heb ik de ISO 25010 in de context van ISO SQuaRE geschetst. Deze keer gaan we een eerste stap maken binnen ISO 25010 en wel binnen productkwaliteit. Zoals in de schematische weergave in de vorige blog zagen jullie dat de ISO 25010 is opgedeeld in Productkwaliteit en Gebruik & Data. Natuurlijk ga ik in de toekomst op Gebruik & Data dieper in, maar nu eerst productkwaliteit.


De ISO 25010 is dus in mijn terminologie een hoofdcategorie van ISo SQuaRE en bevat op zichzelf acht categorieën die de eigenschappen van het systeem beschrijven. In het midden staat de categorie Functionele Geschiktheid die bestaat uit Correctheid, Toepasbaarheid en Compleetheid. Nu is Functionele Geschiktheid altijd de belangrijkste eigenschap. Een razendsnelle applicatie die niet toepasbaar is, compleet is of correct functioneert, wordt niet gebruikt en zal zeker niet gaan renderen. Daarom positioneer ik deze ook in het midden. In verschillende presentaties op seminars zie ik een variant op de pyramide van Maslov terugkomen, waarbij Functionele Geschiktheid de onderste laag is. Een mooie vergelijking, want eerst aan de functionele requirements voldoen en pas daarna aan de andere (hoedanigheids) eigenschappen. Ik hanteer hier wederom de indeling die ik in Kwaliteit op Maat heb gehanteerd, namelijk productkwaliteit bestaat uit Functionaliteit en Hoedanigheid.


Als we rechtsboven beginnen en met de klok mee de overige categorieën langslopen, komen we achtereenvolgens Beveiligbaarheid, Overdraagbaarheid, Betrouwbaarheid, Uitwisselbaarheid, Bruikbaarheid, Prestatie-efficiëntie en Onderhoudbaarheid tegen. De komende weken ga ik ze allemaal in mijn blog behandelen. De positionering, volgorde en kleur op zich hebben geen diepere betekenis. Die zijn uitsluitend zo gekozen om de weergave mooi te kunnen opmaken.


Ongeacht welke betekenis een categorie exact heeft, het is belangrijk om in te zien dat voor de verschillende stakeholders van de applicatie de belangrijkheid van een categorie significant verschilt. Vanuit de beheerafdeling is bijvoorbeeld Onderhoudbaarheid belangrijker dan dat voor de gebruikers. Andersom zal voor de gebruikers de Bruikbaarheid weer belangrijker zijn. Iedereen stelt dus zijn eigen eisen en aan alle eisen voldoen is voor een projectmanager niet te doen. Zijn belangrijkste stakeholder, de opdrachtgever, heeft hem meegegeven dat er een goede, bruikbare en onderhoudbare applicatie moet worden ontwikkeld maar wel binnen budget en op tijd. De duivelsdriehoek uit een van mijn vorige blogs.


Hoe bepaal je nu welke categorie belangrijker is en welke stakeholder heeft het meest te zeggen over de totale hoedanigheid. Voor dat ik daar op inga, de komende blog(s) eerst de verschillende categorieën toelichten.